In elke klas gebeurt het: een docent legt iets uit, stelt een vraag, en één of twee leerlingen steken hun hand op. De uitleg lijkt geland. Maar wat weet je écht? En wat blijft onzichtbaar?
Volgens onderwijsdenker Doug Lemov – auteur van Teach Like a Champion – is dit precies waar het fout kan gaan. ‘When you don’t check for understanding, you are flying blind’.
Controle van begrip is dan ook geen extraatje. Het is een noodzakelijke ‘onderbreking’ in je les. Niet alleen om te weten waar je leerlingen staan en hen te activeren, maar ook om je aanpak daarop af te stemmen – en dus beredeneerd te differentiëren!
Controle van begrip: meer dan een lesonderbreking
Vaak denken we bij controle van begrip aan het moment ná de instructie en vóór het zelfstandig werken. En terecht – juist dán voorkom je dat leerlingen aan de slag gaan met een verkeerd begrip.
Maar effectieve docenten bouwen controle van begrip op meerdere momenten in de les in:
- Tijdens de uitleg, bijvoorbeeld met de vraag: “Teken alvast de eerste stap op je bordje.”
- Na een voorbeeld, door te vragen: “Wat verandert er als ik deze waarde verdubbel?”
- Aan het begin, om voorkennis te activeren en het startpunt te bepalen.
- Na de verwerking, om te reflecteren: “Wat heb je vandaag beter leren begrijpen?”
Controle van begrip is dus geen momentopname, maar een doorlopende didactische houding. Het helpt zowel je leerlingen als jezelf om gericht en doelbewust te werken.
Wat gebeurt er als je het overslaat?
Als je geen controle van begrip inbouwt, ontstaat er schijnzekerheid: jij denkt dat de uitleg begrepen is, leerlingen denken dat ze het snappen – tot ze vastlopen in de oefening.
Wie dan nog moet bijsturen, doet dat vaak te laat. Het gevolg:
- Misvattingen worden ingeslepen
- Oefeningen leveren frustratie op
- Differentiatie gebeurt op gevoel, niet op inzicht
- Zonder zicht op begrip ontbreekt het fundament voor effectieve instructie én verantwoorde vervolgstappen.
Wat kunnen leerlingen op hun wisbordje doen?
Met een wisbordje laat je leerlingen kort en krachtig reageren op een gerichte vraag of opdracht. Dat kan een antwoord zijn, een redenering, of een combinatie daarvan. Enkele voorbeelden:
“Wat is de oplossing van deze vergelijking: 3 x – 7 = 11?”
“Welke stof ontstaat bij de reactie van natrium met water?”
“Wat is de hoofdzin in deze samengestelde zin?”
“Eens of oneens: ‘Sociale media bevorderen democratie’. Geef één reden.”
Laat leerlingen eerst individueel iets opschrijven, daarna bijvoorbeeld kort overleggen met een buur, en vervolgens hun bordje tonen. Zo ontstaat een krachtig moment van denken, uitleggen en leren – zonder toetsdruk, maar mét impact.
Het wisbordje als versneller van leren
In het primair onderwijs is het werken met wisbordjes inmiddels gemeengoed. In groep 5 tot en met 8 pakken leerlingen regelmatig hun bordje erbij om hun denken zichtbaar te maken.
In het voortgezet onderwijs valt daar nog winst te behalen. Het wisbordje helpt leerlingen om actief mee te doen en geeft jou als docent directe informatie om op te reageren: met gerichte feedback, verlengde instructie of differentiatie op maat.
Zelf proberen?
Op www.deviersleutels.nl vind je een speciaal ontworpen wisbordje voor het voortgezet onderwijs. Stevig, herkenbaar en dagelijks inzetbaar. Inclusief whiteboardstift, etui en magnetische stickers waarmee leerlingen hun bordje kunnen personaliseren. Maar belangrijker dan het materiaal is de gedachte erachter:
Hoe weet jij of je leerlingen je uitleg écht begrijpen?
Als je daar vandaag nog geen goed antwoord op hebt, is dit misschien het juiste moment om iets kleins te proberen – dat groots kan uitpakken.
